Nederlandse Familienamenbank |
Post | < |
Postma Post, van der Pos Posthouwer Post Uiterweer |
naamsvermeldingen en literatuurreferenties:
• Aghete Poste, uitgaven Dordrecht 1285-86 [Stadsrek. Dordrecht 1283-87, p 47]. • Jacob Post, Zwolle 1449 [Maandrek. Zwolle 1449]. • Joris Adriaensz Post, geb. ca. 1510; zoon van Arent Dircksz, clerck Schieland; zoon van Dirck Aernts; zoon van Aernt; zoon van Aernt Post, bode te Overschie. Naam zou dus drie generaties niet vermeld zijn! [Boogaard van den-1982, p 440]. • 'Craicht post is een vriman Ind heft een voirwijff gehadt dije ock vri was, Ind daer bij behalden enen soen geheijten Johan post ...', Heerde 1520 (Lijst van horige lieden en goederen, RA Hert. Archief, nr 135). In 1526 werden o.a. Claes, Jacob en Kracht Post vermeld. Anno 1729 werd Jan Post in het doopboek van Heerde geregistreerd. "De familienaam is ontstaan uit een doopnaam; de doopnaam Post is afgeleid van het Latijnse Postumus, 'de laatste'. De naam Postumus werd vroeger wel gegeven aan een na de dood van de vader geboren kind" [Otten-1985, p 112]. • Floris Janssen Post, Leiden 1574 [Volkstelling-1574, p 78]. • Arijen Huijbrechts Post, geb. ca. 1576, landman, Heilige Geestarmmeester van Overschie, huw. voor 1609; zoon van Hubrecht Ariens Post, ovl. voor 1614 [Slootweg-1997, p 72, nr 8616]. • Salomon Post, gezegd Vlaerdingerwout, brouwer in De Posthoorn, Delft ca. 1650 ['Wapenboorden in Maasland', in: GN 13 (1958), nr 12, p 266]. • Egbert Post, ged. Groningen 1680, huw. aldaar 1715, in 1725 leerlooier te Winschoten; zoon van Eisse Jans, geb. Ten Post, & Grietien Egberts uit Rolde, huw. Groningen 1674 [Iongh de-1992, p 170, nr 188]. • Teunis Jacobs (Post), afk. uit Soest, huw. Bussum 1694 [Frans de Gooijer, 'Bussumse familie Post, vijf generaties zandschippers', in: Bussums Historisch Tijdschrift 21 (2005), nr 3, p 13-22]. • Cornelis Pietersz Post, huw. Pijnacker 1717, enz. [Markus van-1994, p 27, nr 496]. • Jan Post, ged. Tiel 1750; nakomelingen in Purmerend en Groningen [H.R. van der Woude, Van der Woude/Veenwouden, bijlage Stamreeks Post, Zuidlaren 2000; dNL (1924)]. • Jacob Fokkes Post, Urk (1771 of 1798); "maar zeker is, dat de schipper van de schuit die in het laatst van de vorige eeuw brieven en pakjes van en naar het eiland bracht 'de post' genoemd werd." [T. de Vries, 'Uit een oud doopboek', in: DMB 22 (1970), p 29]. • Jan Jans Post (Leeuwte 1787-Vollenhove 1851) [Klaas Boes & Max Does: 'Kwartierstaat De Lange/Westhuis', in: Kondschap Brederwiede 23 (2007), nr 1]. • In de 17e eeuw ontwikkelden sommige boden zich tot postmeesters. Ze hielden zich voortaan bezig met de organisatie van een postverbinding, waarbij ze zelf het kantoorwerk verrichtten. Het postmeesterschap werd uiteindelijk een van de lucratieve ambten die ten tijde van de Republiek door notabelen werden bezet en waarvan de taakuitvoering aan anderen werd overgelaten [Marc Kleijnen, 'Voor goede krachten goede kansen. Een historische schets van het werk bij de posterijen en in de telecommunicatie, met aanwijzingen voor onderzoek naar persoonsgegevens', in: Jb. CBG 53 (1999), p 215-253, 227]. • Postführer van de stad Witmond en van de vorst van Oost Friesland [Vragenrubriek, in: GN 39 (1984), nr 1, p 40]. • Vgl. NNN: 20e-eeuwse bijnamen Jan de Post te Hoornaar = postbesteller Jan Slob, en Jantje de Post te Wagenberg (NB) = brievengaarder Jan de Jongh. • Mbt. het toponiem Post: - Te Berg en Terblijt (Lb.): "Het veld nabij het afsluithek op de Rijksweg werd De Puest, de Pust en later de Post genoemd, hetgeen erop wijst dat er één of meer personen op post gesteld werden" [V.T.J. Claessens, A.H.H. Houben & H.L. Raven, Berg en Terblijt. Van twee heerlijkheden naar een gemeente, Valkenburg 1981, p 155]. | |
• Post: 1. BN naar de visnaam pos(t). Zie Posch. 1224 Willelmi Post, Har. (DEBR. 1980); 1268 Cristianus Post, Ip. (BEELE). — 2. Zie Post(e). — 3. Korte vorm voor Van Post. PlN Bost in Webbekom. 1485 Reynder Post = 1479 Reyner van Post = 1479 Reyner van Bost, Diest (CLAES 1983). — 4. BerBN van de postmeester. 1549 van jufvrouwe Postmeesters weghen = 1550 juffrouwe Post, Aarts. (MAR.). [WFB2] | |
• Post(e): Ofr. post(e), Mnl. post; post, stijl van deur of raam, paal. BerBN, BN. Vgl. Postel. [WFB2] | |
• Post: 1. BN naar de visnaam pos(t). Zie Pos. 1224 Willelmi Post, Harelbeke (DEBR. 1980); 1312 Martiin Post scepenen in Hulsterambacht, Hulst (DEBR. 1999). 2.Mnl. post `post, stijl van deur of raam, paal'. 3. Korte vorm voor van Post. PlN Bost in Webbekom. 1485 Reynder Post = 1479 Reyner van Post = 1479 Reyner van Bost, Diest (WF). 4.BerBN van de postmeester. 1549 van jufvrouwe Postmeesters weghen = 1550 juffrouwe Post, Aartselaar (WF). [WFZ] | |
• Zie POST(E) in het Vroegmiddelnederlands woordenboek [VMNW]. |
afkortingen en bibliografische notaties: |
website: |